Tunnelveiligheid
Een tunnel moet voldoen aan strenge veiligheidseisen. Daarom zijn we vroeg in het proces gestart met het tunnelveiligheidsonderzoek. Zo hebben we aan de hand van scenario’s van verschillende mogelijke ongevallen de basisprincipes van tunnelveiligheid vastgelegd. Dat deden we samen met de brandweer, politie en andere hulpdiensten en de onafhankelijke tunnelveiligheidsbeambte. Het Bestuursorgaan Tunnelveiligheid heeft zijn goedkeuring gegeven voor het tunnelveiligheidsdossier. De tunnels kunnen voldoende veilig gerealiseerd worden en voldoen aan de wettelijke minimumveiligheidseisen voor tunnels gelegen op het trans-Europese wegennet (TEN-T).
Verkeers- en tunneltechnische installaties
In de tunnels in Houthalen en Helchteren komen verschillende veiligheidsinstallaties. De verkeerstechnische installaties zijn nodig voor het dagelijks functioneren van de tunnel en de vlotte doorstroming van het verkeer. Daarnaast zijn er tunneltechnische installaties die ongevallen moeten voorkomen en detecteren.
Dankzij de vluchtkoker geraak je snel buiten als dat nodig is. Om de 100 meter kan je via een nooddeur de vluchtkoker bereiken.
In elke tunnelkoker hangt om de 50 meter een kleine hulppostkast aan de buitenzijde en een grote aan de binnenzijde. In de hulppostkasten zit een noodtelefoon en brandblusser; in de grote ook een stroomvoorziening en koppeling voor brandslangen.
In elke tunnelbuis hangt een continue ledlijn. Daarnaast is er geleidings verlichting aan beide zijden voorzien en noodverlichting aan de nooddeuren.
Als er brand is in de tunnel blazen de ventilatoren de rook naar buiten.
Er komt een calamiteitendoorsteek (CaDo) aan elke tunnelmond. Dat zijn doorgangen in de vangrail voor de hulpdiensten.
Aan elke tunnelingang komen slagbomen om de tunnels (of delen ervan) af te sluiten als het niet meer veilig is om erin te rijden.
Elke 100 meter komen er sensoren in de tunnels om de luchtkwaliteit te meten en brand te detecteren.
Via de luidsprekers kunnen weggebruikers toegesproken worden bij bijvoorbeeld een ongeval.
Verschillende camera’s registreren wat er gebeurt in de tunnels. Zo kan de verkeerscentrale snel ingrijpen bij bijvoorbeeld een ongeval.
Boven de vluchtkoker worden alle technieken en kabels gebundeld in de dienstkoker. Die zijn verbonden met de tunneldienstgebouwen bovengronds.
Tunneldienstgebouwen
De aansturing van alle tunneltechnieken gebeurt vanuit vijf dienstgebouwen, één aan elke tunnelmond (Ter Dolen, Haletra, Laak, Herebaan en Houthalen-Zuid). In de dienstgebouwen is ruimte voorzien voor allerlei technische installaties van de tunnel die omwille van brandveiligheid in afzonderlijke ruimtes staan opgesteld.
Tunneldienstgebouw Ter Dolen
Het tunneldienstgebouw komt aan de Broekstraat en Eikendreef. Naast de functies voor het dienstgebouw zelf komen hier ook een aantal voorzieningen voor de trambus: een laadpunt, sanitair en een keerlus.
Tunneldienstgebouw Haletra
Het tunneldienstgebouw komt boven op het tunneldak. Het omliggende landschap wordt ontworpen om het dienstgebouw in te bedden in de groene omgeving aan de rand van de Mangelbeek.
Tunneldienstgebouw Laak
Het dienstgebouw komt boven op het tunneldak. We plaatsen het gebouw op voldoende afstand van de tunnelmond. Zo blijft het kerkje van Laak zichtbaar komende van de Lokenstraat richting de Kleine Heresteeg.
Tunneldienstgebouw Herebaan
Het dienstgebouw komt boven op het tunneldak, aan de zuidelijke uitrit van de tunnel. Het is voorzien tussen de toekomstige centrumontwikkeling en de kruising met de Herebaan-Oost en -West. Dit dienstgebouw is kleiner dan de andere omdat een directe toegang tot de tunnel via een trappenkoker hier niet nodig is.
Tunneldienstgebouw Houthalen-Zuid
Het dienstgebouw bevindt zich aan de Koolmijnlaan, ten noorden van het kruispunt.
De dienstgebouwen worden zo goed mogelijk in de omgeving ingepast. Enkele impressies zie je hieronder: